Herkomst

Ze behoren tot de familie van de Loricariidae of harnasmeervallen.
Ze zijn afkomstig van Zuid-Amerika, meer bepaald de hoger gelegen gebieden van het Amazonegebied. Daar bewonen ze de zijrivieren, beken en andere waters met snel stromend water. Ze leven er op donkere plaatsen met veel beplanting en boomwortels. Het water is er redelijk zacht en Ph neutraal.

Levensverwachting

Onder de juiste omstandigheden kunnen ze tot 10 jaar oud worden.

Afmetingen

Ze kunnen zo’n 10 à 12cm lang worden, maar vaak blijven ze zelfs kleiner.

Uiterlijk

Deze redelijk kleine meervallen hebben zoals veel andere een platte buik, een hard schild en enkele stekels. Ook hebben ze een grote zuigmond om voedsel vast te kunnen pakken, alg van stenen te halen of hout af te schrapen.

Verder vallen ze in een aquarium op door de vlezige uitsteeksels op hun neus, hun borstel.
Vandaar ook hun naam borstel meerval. Het zijn wel enkel de volwassen mannetjes die deze hebben.

Kleuren

Naast de “gewone” wildkleur, zijn er ook albino, gele en meer rode varianten.

En er zijn natuurlijk ook exemplaren met lange vinnen.

Geslachtsonderscheid

Het verschil is vooral bij volwassen exemplaren heel eenvoudig te zien, maar vaak ook al bij halfwas exemplaren. Vooral de bostel op hun neus valt op, deze is aanwezig bij de mannetjes en afwezig bij de vrouwtjes. Ook zijn de mannetjes meestal iets groter en breder dan de vrouwtjes.

Aquarium

Het zijn nacht-actieve vissen, die alleen of in groep in een mooi beplant gezelschapsaquarium kunnen gehouden worden. Een aquarium van 30L is aan te raden voor 1 borstel meerval, 50 à 60L voor 2,100L voor 3,… Ze kunnen zowel alleen gehouden worden, als met meerdere soortgenoten. Ook de combinatie met andere vissen is perfect mogelijk. Omdat het nacht-actieve vissen zijn vragen ze voldoende verstopmogelijkheden met stenen, kienhout, mangrovewortels of ceramische grotjes. Ook (drijf)plantjes zorgen voor extra schaduwkleppen. Tijdens de dag zoeken ze de donkere plekjes op en zijn ze weinig te zien, ’s avonds en ’s nachts gaan ze naar eten op zoek. Tip: gebruik donker grind, dit geeft minder stress aan de vissen en hun kleuren komen mooier uit.

Temperatuur

Ze kunnen gehouden worden tussen 22 en 28°C, maar de ideale temperatuur ligt tussen 24 en 26°C. Het is belangrijk om geen te grote schommelingen in temperatuur te hebben, daar kunnen ze witstip van krijgen.

Waterwaarden

Aan te raden is een pH van 6 à 7, een GH van 5 tot 7° DH, een KH tussen 3 en 5° Dh,
geen nitriet (NO2), geen tot bijna geen nitraat (NO3 < 1mg/l) en geen Chloor.

Verzorging

Het houden van borstelmeervallen eist weinig of geen ervaring en ze kunnen makkelijk gehouden worden. Ze stellen geen bijzondere eisen naar waterwaarden, ze verkiezen zacht water, maar kunnen ook perfect in harder water gehouden worden. Ververs wekelijks 10 à 15 % van het aquariumwater en voeg waterconditioner en goede, levende bacteriën toe om een goede waterkwaliteit te garanderen.
Ze voelen zich het best in een aquarium met een goede filtering met een redelijk sterke stroming, een beetje extra beluchting en veel verstopplekjes tussen de planten en andere decoratie.

Kweken

Het kweken met borstel meervallen is heel eenvoudig. Je kan een koppel in een kweekaquarium zetten (liefst het vrouwtje eerder dan het mannetje), maar ze kunnen ook heel makkelijk in een gezelschapsaquarium kweken. Ze zullen een kuiltje maken in het zand of grind om het eitjes in te leggen. Maar ze kunnen ze ook in een spleetje tussen 2 rotsen, tussen stukken hout of in een ceramische grot leggen. De eitjes zijn mooie ronde bolletjes en zijn geel van kleur. Het mannetje zal voor de eitjes zorgen en nadien ook nog voor de jongen. De ouders en jongen kunnen dus perfect in 1 aquarium blijven, maar in een klein kweekaquarium kan het vrouwtje best weg gehaald worden, anders zal het mannetje haar opjagen, met extreme stress tot gevolg. De jongen zijn 1 tot 1,5cm groot en groeien redelijk snel.

Voeding

Het zijn een echte planteneters. Ze schrapen algen van het glas, de stenen en hout.
Ze worden dan ook in een aquarium gehouden om deze vrij van algen te houden.
Ze eten ook zachte planten en (kort geblancheerde) groenten zoals komkommer en broccoli.
Maar ook droogvoer met spirulina en algen in de vorm van zinkende voedertabletten speciaal voor algetende bodembewoners zijn een noodzakelijke aanvulling aan hun dieet.
Een gezond dieet zorgt voor gezonde vissen met mooie kleuren!