';
KaRo Graskarper (Albino)

Zoom in

Artikelnummer: 6
Ctenopharyngodon idella

Graskarper (Albino) - Ctenopharyngodon idella

Herkomst

De graskarper is afkomstig van China en Vietnam. Diegene die elders leven (Noord-Amerika en Europa, ook in België) zijn uitgezette populaties. De wildkleur graskarper is grijsbruin. Ze leven in plantenrijke rivieren, vijvers en meren. In Azië worden ze gekweekt voor consumptie, elders worden ze uitgezet om de exponentiële groei van waterplanten tegen te gaan.

Levensverwachting

Onder de juiste omstandigheden kunnen ze 15 tot 20 jaar oud worden.

Afmetingen

Gemiddeld worden ze zo’n 60cm, tot maximaal 120cm, groot. Ze kunnen tot 20cm per jaar groeien!

Uiterlijk

Ze hebben een heel langgerekt lichaam, door hun hydrodynamische vorm kunnen ze heel snel zwemmen.

Kleur

Naast de wildkleur (grijsbruin) is er ook een albinovariant, speciaal gekweekt voor in tuinvijvers. Deze zijn wit- tot geel-roze van kleur en hebben rode ogen.

Vijver

Het zijn eenvoudig te houden vissen, ideaal voor in een vijver in combinatie met andere sociale vissen, die dezelfde eisen stellen. Als ze jong zijn, kunnen ze zowel in een ruim aquarium, als in een tuinvijver gehouden worden. Maar later moeten ze naar een ruime tuinvijver verhuizen. De ideale vijver is minimaal 70cm diep en is beplant met veel zuurstofplanten. Het zijn midden en oppervlaktezwemmers

Temperatuur

Graskarpers zijn winterhard en kunnen gehouden worden tussen 4 en 26°C. Het is belangrijk om geen te grote schommelingen in temperatuur te hebben, daar kunnen ze witstip van krijgen. Als ze buiten overwinteren, als de temperatuur lager ligt dan 10°C, hoeft er niet te worden bijgevoerd.

Waterwaarden

Aan te raden is een pH van 6 à 8, een GH van 5 tot 14° DH, een KH tussen 3 en 12° Dh, geen nitriet (NO2), geen tot bijna geen nitraat (NO3 < 1mg/l) en geen Chloor.

Verzorging

Het houden van graskarpers eist geen bijzondere ervaring en ze kunnen makkelijk gehouden worden. Ververs wekelijks 10 tot 20% van het aquariumwater, geef niet te veel eten en maak de filter regelmatig schoon. En voeg waterconditioner en goede, levende bacteriën toe om een goede waterkwaliteit te garanderen. Het is aan te raden ze in groep (minimaal 2 stuks) te houden en de verhouding mannetjes/vrouwtjes is van geen belang.

Kweken

Ze zullen zelden tot kweken overgaan, in een vijver is het meestal te koud (minimaal 25°C).

De jongen worden met draadalgen grootgebracht.

Voeding

Het zijn echte herbivoren, maar zorg voor voldoende variatie. Als basis wordt droogvoer gegeven, ideaal zijn korrels of sticks. Als extra kan af en toe diepvriesvoer gegeven worden. Ze mogen 1 (tot 2) keer per dag een redelijk grote hoeveelheid voeding krijgen, maar voor de vertering is het aan te raden om regelmatig een dag over te slaan. Geef wat ze in ongeveer 2 minuten op krijgen. Daarna kunnen ze op de bodem nog opzoek gaan naar gezonken, nog niet opgegeten voeding.

Het zijn één van de enige vissen die ook draadalgen eten. Daarnaast zullen ze ook  grote hoeveelheden waterplanten opeten.