';
KaRo gordelgrasvink

Zoom in

Artikelnummer: 1
Poephila cincta

Gordelgrasvink - Poephila cincta

Herkomst

Oost-Australië, Queensland en Nieuw-Zuid-Wales 

Afmetingen

10 tot 11 cm

Engels

Black-throated finch

Uiterlijk wildkleur

Ze lijken sterk op de spitsstaart amandine, maar met enkele opvallende verschillen.

Ze hebben ook een grijze kop en grijze wangen. De borst en buik zijn iets lichter bruin, de vleugels en rug zijn iets donkerder bruin. Ze hebben een zwarte keelvlek, die loopt van de snavel tot bovenkant borst. Ook 2 zwarte lijntjes, van ieder oog naar de snavel.

De staart is zwart en er is een zwarte lijn tussen de bruine buik en de witte onderkant.

Het verschil met de spitsstaart amandine is dat de gordelgrasvink of ook kortstaart genoemd, een kortere staart heeft.

En natuurlijk ook de bek, deze is zwart bij de gordelgrasvink.

Geslachts verschil

De zwarte keelvlek is bij de man iets breder is dan bij de pop.

Ook zijn de kleuren, vooral het zwart, iets dieper bij de mannetjes.

Huisvesting

Ze kunnen zowel in een sierkooi, in een kweekkooi, in een binnen-, als in een buitenvolière gehouden worden. In een buitenvolière kunnen ze in de winter buiten blijven, als er een vorstvrij (liefst verwarmd!) nachthok aanwezig is. Ze kunnen best per koppel gehouden worden. In een groepsvolière kunnen ze bij andere exotische vogels, inlandse vogels en kanaries. Vooral in de kweekperiode kunnen ze wel agressief zijn tegenover soortgenoten

en verwante soorten (zoals de spitsstaart amandines).

Broedvoorzieningen

Het ideale nest is een gesloten of halfopen nestkastje van ongeveer 12 x12 x 12cm met een opening van minimaal 3cm. Of een grote exotenkorf in pitriet of kokos.

Dit zullen ze afwerken met nestmateriaal voor exoten (jute – kokosvezel - sisal - dierlijk haar).

Kweek

Eens het nest gebouwd, zal de pop gemiddeld 4 tot maximaal 8 eitjes leggen. Vanaf het 4e eitje zal ze beginnen broeden, er wordt afwisselend door de man en de pop gebroed.

Na ongeveer 12 dagen komen de eitjes uit. De jongen zullen door beide ouders gevoerd worden. Na ongeveer 24 dagen gaan de jonge vogels uitvliegen, maar de eerste nachten zullen ze nog naar het nest terugkeren. 2 Dagen later beginnen ze zelf te eten en na ongeveer 14 dagen eten ze volledig zelfstandig. Na 8 à 10 weken gaan ze in hun jeugdrui, die 6 à 8 weken zal duren. De laatste dagen dat de jongen gevoerd worden, zal dit enkel door de man gebeuren. De pop zal ondertussen al aan de volgende ronde beginnen.

Een gezond koppel kan 3 kweekrondes per jaar grootbrengen.

Voeding

Een zadenmengeling voor tropische vogels is het hoofdvoer, dit kan aangevuld worden met Japanse millet en trosgierst. Vooral tijdens de kweekperiode eivoer ,

eventueel kiemzaden, een universeelvoer en levend voer aanbieden.

En grit (of maagkiezel) en sepia moeten altijd aanwezig zijn.

Bijzonderheden

Het zijn nestslapers, ze verkiezen een nestje om te slapen boven een stok..